IKB, EBB, flexbudget etc. (hierna flexbudget)

Steeds meer werkgevers bieden hun werknemers flexibiliteit ten aanzien van het aanwenden van een beschikbaar beloningsbudget.

Alle overheden hebben dit in hun CAO staan. Daarnaast hebben veel grotere werkgevers een vergelijkbare methode.

Een aantal voorkomende namen hiervoor zijn:

  • Individueel keuzebudget (IKB)

  • Employee benefit budget (EBB)

  • Flexbudget

  • Flexibel arbeidsvoorwaardenbudget

Achterliggende gedachte hiervoor is dat de werknemer zelf keuzes moet kunnen maken over het moment dat het inkomen wordt uitbetaald.

Vakantiegeld in mei uitbetalen is bijvoorbeeld vaak niet handig omdat vakantie eerder betaald moeten worden. Ook gaat niet iedereen in de zomer op vakantie.

Er kunnen individuele keuzes gemaakt worden en deze keuzes kunnen per werknemer verschillen.

Denk hierbij aan het genieten van verlof. Het is wettelijk vastgelegd hoeveel verlof een werkgever aan een werknemer moet geven. Het staat een werkgever vrij om een werknemer aanvullende verlofrechten te geven.

Steeds vaker zien we dat werkgevers de waarde van het verlof, boven het wettelijke recht op verlof, in een percentage van het salaris waarderen.

Waarbij de werknemer dit budget naar eigen inzicht kunnen inzetten. Onderdeel van het budget is dan omschreven als “bovenwettelijk verlof”.

Vaak is het budget opgebouwd uit een aantal componenten. Deze zijn dan beschreven in de arbeidsovereenkomst of CAO.

Op de werkgeversverklaring wordt er vaak op één regel een bedrag vermeld als flexbudget.

Het beleid van geldverstrekkers ten aanzien van het flexbudget is verschillend. Niet alle componenten worden gezien als bestendig inkomen. En die onderdelen zijn dan ook geen toetsinkomen.

Veel voorkomende onderdelen en percentages zijn:

  • Vakantiegeld:                8%

  • Eindejaarsuitkering: 8,33%

  • Levensloopbijdrage: 1,5%

  • Bovenwettelijk verlof: 0,8%

De onderdelen levensloopbijdrage en bovenwettelijke verlofuren worden door veel geldverstrekkers niet gezien als bestendig inkomen.

De achterliggende gedachte is dat de werknemer veel vrijheid heeft om zijn budget om te zetten naar verlof en dat hierdoor het bedrag van het budget niet in geld beschikbaar komt.

Om deze reden vragen wij altijd een specificatie op van de opbouw van het flexbudget. Deze moet als aparte bijlage op de werkgeversverklaring worden aangeleverd, door de werkgever. Veel werkgevers doen dit inmiddels standaard.

 

Veelgestelde vragen over het flexbudget

Moet er altijd een specificatie worden aangeleverd?

Ja. Deze specificatie moet de bedragen concreet benoemen per onderdeel van het flexbudget. Het volstaat dus niet als er alleen percentages worden benoemd. Ook verwijzing naar de CAO volstaat niet.

Waarom verschilt het beleid van geldverstrekkers?

Sommige geldverstrekkers vinden het de verantwoordelijkheid van de werknemer zelf hoe met het beschikbare budget om te gaan. En hoe zij ervoor zorgen dat de lasten van de hypotheek betaalbaar blijven. Andere geldverstrekkers willen dit “risico” niet lopen.

Vorige
Vorige

Kostenvergoedingen en toetsinkomen

Volgende
Volgende

Vaste toeslagen en vaste vergoedingen