Vaste toeslagen en vaste vergoedingen

Naast het periodieke salaris of loon kan er sprake zijn van één of meerdere vaste toeslagen. Deze toeslagen worden dan gezien als bestendig inkomen.

Wel moeten deze toeslagen altijd los worden benoemd op de werkgeversverklaring. Deze mogen dus niet worden opgeteld bij het onderdeel salaris op de werkgeversverklaring.

Voorbeelden van vaste toeslagen en vergoedingen die vast kunnen zijn:

  • Arbeidsmarkttoelage

  • Een bindingstoelage

  • Piketvergoeding

  • BHV-/EHBO-vergoeding

  • Opleidingstoeslag

  • Bereikbaarheidstoeslag

  • Vaste overwerktoeslag

  • Gevarentoeslag

  • VEB-toelage

 

Veelgestelde vragen over vaste toeslagen en vaste vergoedingen

Hoe wordt het bestendige karakter vastgesteld?

Om het vaste karakter te kunnen vaststellen vragen geldverstrekkers vaak meerdere salarisstroken op, zodat ze kunnen afleiden dat de uitbetaling over meerdere periodes gelijkmatig is.

Een andere controle die ze kunnen uitoefenen is naar de kolom “cumulatief” kijken op een salarisstrook. Wanneer het in die kolom vermelde bedrag overeenkomt met het verklaarde jaarbedrag gedeeld door het aantal maanden dat is opgenomen in het cumulatief gaat de geldverstrekker vaak akkoord met het als bestendig zien van dit inkomensbestanddeel.

Wanneer wordt een toeslag of vergoeding gezien als vast?

Het inkomen moet periodiek vast en gelijkmatig worden uitbetaald, bijvoorbeeld per maand, kwartaal of jaar. Tevens moet het onderdeel zijn van de overeengekomen beloning in de arbeidsovereenkomst (of CAO).

Vorige
Vorige

IKB, EBB, flexbudget etc. (hierna flexbudget)

Volgende
Volgende

Overige variabele inkomensbestanddelen